Hannecard rolt groeiplannen uit dankzij participatie van BNP PARIBAS FORTIS private equity
Vandaag is Hannecard internationaal actief en aanwezig op alle vijf continenten. Dankzij de minderheidsparticipatie van BNP Paribas Fortis Private Equity is het bedrijf klaar voor een nieuw hoofdstuk en optimaal voorbereid op een volgende groeifase.
“Onze focus ligt op internationale groei en het verbeteren van onze lokale dienstverlening”, vertelt Dirk Vidts, CEO van Hannecard Groep. “Dankzij partnerschappen ter plaatse is onze technologie ook beschikbaar buiten de Europese grenzen en kunnen we rolbekledingen standaardiseren. Flexibiliteit en kwaliteit zijn daarbij onze topprioriteit, maar ook duurzaamheid speelt een essentiële rol. Om die ambities te realiseren, zochten we een betrouwbare financiële partner die gelooft in onze groeistrategie en bereid is op lange termijn mee te bouwen aan ons verhaal. BNP Paribas Fortis Private Equity kon al die vakjes aanvinken.”
Potentiële wereldspeler
“We zijn al jaren huisbankier en hebben een uitstekende relatie met Hannecard”, aldus Raf Moons, Head of BNP Paribas Fortis Private Equity. “Maar het is hun sterk onderbouwde groeiplan dat ons over de streep getrokken heeft om een participatie te nemen. Hannecard is een solide Vlaamse kmo met het potentieel om een wereldspeler te worden. Met innovatieve ideeën, technologische verbeteringen en nieuwe productontwikkelingen veroveren ze gestaag een wereldwijde nichemarkt. Een verhaal waar we graag in meestappen.”
Efficiëntie en duurzaamheid
Naast de productie van industriële rol- en walsbekledingen zet Hannecard ook volop in op Onderzoek & Ontwikkeling. Het bedrijf spendeert jaarlijks een substantieel deel van de omzet aan R&D om nieuwe producten en IT-applicaties te ontwikkelen met het oog op kostenbesparingen, maar ook meer duurzaamheid. Naast het ontwikkelen van nieuwe producten en het verbeteren van bestaande oplossingen, hecht het R&D-team veel waarde aan het efficiënter en duurzamer maken van productieprocessen.
Zo worden er sinds 2004 geen CMR-type (carcinogenic, mutagenic or reprotoxic) grondstoffen meer gebruikt. En dankzij een track & trace-systeem kunnen ze alle installaties beter opvolgen en het onderhoud ervan voorspellen, wat heel wat slijtage, breuken en dus afval voorkomt.